Geen mannen,
maar duivels!

Rende van de Kamp
Rende van de Kamp is de schrijver van een aantal boeken over Nederlanders in vreemde krijgsdienst. Maar voordat Van de Kamp begon als schrijver was hij soldaat, vrijwilliger, huursoldaat en legionair.
Rende van de Kamp (1960) werd geboren in Amsterdam en groeide op met de verhalen van familieleden over de Tweede Wereldoorlog. Zijn grootvader Arie de Fouw was historicus en zijn vader amateurhistoricus. Van de Kamp raakte dus al heel jong geboeid door militaire geschiedenis.
Na zijn middelbare school werd Van de Kamp dienstplichtig militair bij de Huzaren van Boreel. Hij diende als tankschutter op een Leopard 1 in het Duitse Seedorf. Toen er vrijwilligers werden gevraagd voor het Nederlandse VN-detachement in Zuid-Libanon, was Van de Kamp een van de eersten die zich opgaf. In 1979 vertrok Van de Kamp met Dutchbatt naar Libanon in het kader van UNIFIL.
Begin 1980 kwam hij weer terug naar Nederland en zwaaide af. Het burgerleven beviel hem niet en hij verlangde terug naar het Midden-Oosten. Eind 1980 vertrok Van de Kamp opnieuw naar het gebied. Hij werkte maandenlang op een kibboets in Israël en reisde het land door. Medio 1981 meldde hij zich aan bij het hoofdkwartier van het Zuid-Libanese leger en stak de grens met Libanon over. Van de Kamp diende bij een sjiitische eenheid van het SLA (South Lebanon Army).
Na een paar maanden en een aantal avonturen reisde Van de Kamp via Israël naar Egypte, Ethiopië, Kenia, Oeganda en Rwanda. Bij terugkomst in Nederland verveelde hij zich opnieuw en besloot terug te gaan naar het SLA in Libanon. Deze keer diende hij in de plaats Maryayoun bij een Maronitische (christelijke) eenheid, waar ook een aantal andere buitenlandse vrijwilligers bij dienden.
Na terugkeer in Nederland meldde Van de Kamp zich opnieuw aan bij het Nederlandse leger en vertrok met de Multinational Force and Observers (MFO) naar de Sinaï-woestijn. In 1983 was Van de Kamp betrokken bij het organiseren van een staatsgreep of een invasie van Suriname vanuit Amsterdam. Uiteindelijk zouden de plannen op niets uitlopen en reisde Van de Kamp naar Frankrijk om zich aan te melden bij het Franse Vreemdelingenlegioen. Van de Kamp diende eerst vijf jaar bij de parachutisten van het Vreemdelingenlegioen op Corsica. Later was hij instructeur bij de opleiding van de rekruten in Castelnaudary.
Het geregelde leven van een instructeur werd Van de Kamp al snel te eentonig en in 1992 vertrok hij met een Britse onderofficier uit het Legioen en reisde naar Kroatië, waar hij zich eerst aanmeldde bij een militie aan het front en later diende als kapitein in de élite Bojna Zrinski. Van de Kamp was betrokken bij de gevechten in Oost-Slavonië en Herzegovina.
Na terugkomst in Nederland is Van de Kamp meer dan vijftien jaar portier geweest bij een nachtclub in Amsterdam. De laatste jaren werkte hij als toezichthouder in een grote jeugdorganisatie. In de tussentijd verzamelde hij boeken over Nederlanders in vreemde krijgsdienst. Die boeken hebben Van de Kamp geïnspireerd om zijn eigen verhalen op papier te zetten. Dat leidde tot drie eerder verschenen boeken: Onder vreemde vlag, Soldaat voor een ander (deel 1 & 2) bij Uitgeverij Aspekt.
